Out-of-area De Koninklijke Marine en multinationale vlootoperaties 1945-2001 'A tool of first resolve', zo staat in de Angelsaksische wereld veelal het teruggrijpen van regeringen op de eigen vloot bekend bij interventies in wereldwijde brandhaarden. Ook Nederland stuurde na 1945 in diverse internationale crises als eerste reactie de eigen zeestrijdkrachten in geallieerde vlootverbanden de oceanen over. Deze studie gaat na hoezeer dit type optreden buiten het NAVO-verdragsgebied, out-of-area, een normaal verschijnsel was in de Nederlandse buitenlandse politiek. Tevens komt aan bod in hoeverre de Koninklijke Marine binnen deze politieke beleidsvorming speelbal was of medespeler. Ten slotte wordt bezien of de zeestrijdkrachten bij deze uitzendingen een effectief politiek instrument waren. Hiervoor worden aansprekende missies zoals die naar Korea (1950-1955), het Midden-Oosten (1984-2000), en de Balkan (1992-2001) tegen het licht gehouden. De inzet van de Nederlandse vloot wordt hierbij vergeleken met die van coalitiepartners, en dan vooral van de Britse Royal Navy, die door de Koninklijke Marine als 'zustermarine' werd gezien.Met behulp van onder meer nieuw bronnenmateriaal zoals recent vrijgegeven NAVO-dossiers en vraaggesprekken met politieke, ambtelijke en militaire hoofdrolspelers, geeft Out-of-area voor het eerste inzicht in de politiek-militaire en operationele achtergronden van het multinationaal optreden van de Nederlandse vloot over de jaren 1945-2001.In deze serie over de Koninklijke Marine na de Tweede Wereldoorlog verschenen eerder Pugno Pro Patria - De Koninklijke Marine tijdens de Koude Oorlog.